Een frisgroen gazon begint niet alleen met goede zoden en een vlakke ondergrond, maar ook met water. Nieuwe graszoden hebben na het leggen tijd nodig om wortel te schieten, en zonder regelmatig sproeien lukt dat niet. Maar hoeveel water is genoeg, en hoe vaak zet je de sproeier aan?
Direct beginnen na het leggen
Nieuwe zoden drogen razendsnel uit. Zodra ze eenmaal liggen, moet je meteen beginnen met sproeien. Doe je dat niet, dan krimpen de zoden en ontstaan naden die blijvend zichtbaar blijven. Het advies is om dezelfde dag nog te starten en de bovenlaag flink door te weken. Daarmee zorg je dat de wortels contact maken met de bodem en niet uitdrogen in de eerste uren.
Hoe vaak sproeien in de eerste weken
De eerste twee weken zijn cruciaal. In die periode hebben de zoden dagelijks water nodig, soms zelfs meerdere keren per dag als het warm en droog is. Houd daarbij rekening met de buitentemperatuur en de grondsoort. Op zandgrond, dat snel water doorlaat, is langer sproeien nodig dan op kleigrond, dat water beter vasthoudt. Tips over graszoden zijn om altijd ’s ochtends te sproeien zodat het vocht beter wordt opgenomen en om regelmatig te controleren of de zoden al vastliggen door licht aan een hoek te trekken. Bouw het sproeien pas af wanneer je merkt dat de zoden echt vastgroeien.
Hoe lang moet de sproeier aanstaan?
Graszodenkopen.nl geeft als richtlijn dat 30 tot 45 minuten per zone gebruikelijk is. Dat komt neer op ongeveer 10 tot 15 liter water per vierkante meter, oftewel een laagje van 1 tot 1,5 centimeter water. Controleer tussendoor of het water goed de ondergrond bereikt en er geen plassen blijven staan. Zo weet je dat de wortels toegang krijgen tot voldoende vocht, zonder dat de bovenlaag te nat wordt.
Afbouwen na twee weken
Na de eerste veertien dagen kun je het sproeien geleidelijk verminderen. Het doel is dat de wortels dieper de grond in gaan zoeken naar water. Begin met om de dag sproeien, daarna nog twee tot drie keer per week, afhankelijk van het weer. In regenrijke perioden kun je de sproeier gerust uitlaten. Belangrijk is dat de bovenste bodemlaag niet uitdroogt, maar ook niet continu drijfnat blijft.
Het beste moment van de dag
De ochtend is de beste tijd om te sproeien. Dan heeft het gras de hele dag om het water op te nemen en voorkom je dat er ’s nachts een vochtige toplaag blijft liggen. ’s Avonds sproeien vergroot de kans op schimmelvorming, zeker in het najaar. Bij extreem warme dagen kun je in de middag of vroege avond nog een extra beurt geven, maar houd de grond altijd in de gaten om overbewatering te voorkomen.
Praktisch schema als houvast
| Temperatuur | Zandgrond | Kleigrond | Frequentie |
| 5-10 graden | Niet sproeien | Niet sproeien | n.v.t. |
| 11-15 graden | 10 minuten | 5 minuten | iedere dag |
| 16-20 graden | 30 minuten | 15 minuten | iedere dag |
| 21-25 graden | 60 minuten | 30 minuten | 2 maal per dag |
| 26-30 graden | 120 minuten | 80 minuten | 2-3 maal per dag |
| 31-35 graden | 180 minuten | 120 minuten | 2-3 maal per dag |
Om je een idee te geven: bij temperaturen rond de 16 tot 20 graden is dagelijks 30 minuten sproeien voldoende op zandgrond, en 15 minuten op kleigrond. Wordt het warmer, dan gaat zowel de frequentie als de sproeitijd omhoog. Bij echt hete dagen kan dat oplopen tot meerdere korte sproeibeurten per dag. Pas het altijd aan op de omstandigheden in jouw tuin.
Wat gebeurt er als je te veel of te weinig sproeit?
Nieuwe graszoden mogen niet uitdrogen. Begin direct na het leggen met sproeien en zorg dat de ondergrond goed doordrenkt raakt. In de eerste twee weken is dagelijks water geven noodzakelijk, bij warm weer soms meerdere keren per dag. Sproei liever langer en minder vaak, zodat het water echt bij de wortels komt. Te weinig water betekent dat de wortels niet hechten en de zoden gaan krimpen. Te veel water veroorzaakt juist een verstikte bodem, kans op schimmels en oppervlakkige wortels die lui worden.
De juiste balans is dus essentieel. Door regelmatig te controleren met een schop of handgreep kun je zien of het vocht de wortelzone bereikt zonder dat de bodem drassig blijft. Dit hoort bij het basis gazononderhoud in de beginfase van graszoden laten leggen, waarin ook maaien en bemesten stap voor stap worden toegevoegd om de grasmat sterk en gezond te laten doorgroeien.
